OGER KLEEDT DE TROUWENDE MAN
In het jaar van Covid-19 – een gebroken boekjaar van april 2020 tot en met april 2021 – werden de helft minder huwelijken afgesloten dan gebruikelijk. Normaal gesproken trouwen elke maand zo’n duizend gelukkige koppels; door corona bleven er daar gemiddeld zo’n vijfhonderd van over. Gelukkig is het einde van de pandemie in zicht, dus binnenkort kan er weer volop getrouwd worden in het bijzijn van – veel – vrienden en familie.
Maar wat trek je aan als bruidegom? Dat is natuurlijk een persoonlijke keuze, maar besef je dit: op het moment dat jouw verloofde over het gangpad schrijdt, ziet ze bij het altaar de man staan met wie ze de rest van haar leven gaat doorbrengen. Dat is een gewaarwording van jewelste, niet zonder emotionele lading. Zorg er dus voor dat bij dat altaar de beste versie van jezelf staat. Dan heb ik het over je uitstraling – de borst vooruit, trots over de keuze die je maakt – en de wijze waarop je die uitstraling verpakt: het pak.
De keuze van het trouwpak, begint niet bij jou. Die begint bij je verloofde. Het trouwpak van de man wordt afgestemd op de bruidsjurk van de vrouw, zónder dat jij vantevoren de jurk mag zien. Dat klinkt als een mission impossible, maar je moet maar zo denken: als je dit raadsel weet op te lossen, is alles wat erna komt een eitje.
Het is belangrijk om te weten welke kleur de bruidsjurk van je teerbeminde heeft, zodat jouw pak en stropdas (of strik) daar niet mee vloeken. Maar vraag ook even expliciet naar de stijl van de bruidsjurk. Stel dat jij van plan bent om in jacquet te verschijnen, dus in een zwarte rokjas, een grijze broek, een grijs gilet, een grijze das en een overhemd met liggend boordje. Dat is een geweldige, klassieke combinatie die helaas volledig in het water valt als de bruid een jurk heeft gekozen van de afdeling boho-chic, afgetopt met een bandana vol wilde bloemen in het haar.
De kleur en de stijl van de bruidsjurk geven dus de richting aan. In hoeverre je vervolgens uitpakt, dat is aan jou, maar ga niet op de rem staan. Je wil niet de indruk geven dat je direct van kantoor door bent gegaan naar de kerk. Het is een bruiloft, geen sollicitatiegesprek.
Het meest formele trouwpak is het eerdergenoemde jacquet, in de volksmond pandjesjas genoemd. Dat jacquet is aan allerlei regels gebonden, een goeie kleermaker kan je daarin de weg wijzen. Als je voor deze optie kiest, moet je het wat mij betreft wel helemaal doorvoeren, dus inclusief glacé handschoenen en een hoge hoed.
Op de tweede plaats in de formele hïerarchie staat de smoking. Ook voor deze black tie-dresscode gelden allerlei regels, en ook daar weet een kleermaker wel raad mee. Je kunt het overigens ook combineren. Een jacquet draag je namelijk wel overdag, maar nooit ’s avonds aan het diner. Bij het diner zou je dus je jacquet kunnen verruilen voor een smoking.
Maar het populairste pak om in te trouwen, is het maatpak. Daar zit een praktisch voordeel aan: tenzij je hebt gekozen voor een gouden of zilveren variant, kun je zo’n pak ook na je bruiloft nog dragen. Maar het belangrijkste argument om te kiezen voor maatwerk: het verbloemt alle oneffenheden van jouw lichaam. Vrijwel geen enkele man bezit namelijk een confectiemaat. Er is altijd wel een lage schouder, een hoge borst of een dikke nek. Confectiekleding die van het rek komt houdt daar geen rekening mee, die is naar de grootste gemiddelde deler gemaakt. Een bespoke suit wordt om je lichaam geboetseerd, het versterkt je goede eigenschappen en camoufleert de mindere kanten. Zo zit er bijvoorbeeld bij de meeste mannen een verschil van ongeveer een centimeter in hoogte tussen de linker- en rechterschouder. Bij een confectiejasje creëert dat een scheef silhouet in de nek omdat het jasje bij de lage schouder naar beneden ‘trekt’. Een kleermaker zorgt ervoor dat dat helemaal in balans is.
Bij de keuze van de stof speelt de trouwdatum een rol. Geef jij je jawoord op het meteorologisch hoogtepunt van de zomer, dan is het beter om dat te doen in ongevoerd, dun jasje of in een geheel linnen pak. De etiquette schrijft voor dat een bruidegom zijn jasje op de trouwdag niet mag uittrekken, ook al vallen de mussen van het dak. Hou daar dus rekening mee bij de keuze van de stof. Bij een zomers seizoen hoort ook een vrolijke, lichtere kleur dan in de winter, een seizoen waarin je eerder voor een dikkere, donkerkleurige wolsoort opteert.
Er is overigens nog een optie om in te trouwen, maar die geldt alleen voor mannen die van beroep militair zijn. Dan mag je je in uniform melden bij het altaar. Maar let op: een vrouw mag dat ook. Een vrouwelijke militair mag in uniform trouwen. De bruidegom moet in dat geval verplicht een jacquet dragen. Dat zijn de regels, waar ik me zeker aan zou houden als jouw vrouw sergeant-majoor bij de Landmacht is.
Tot slot: de accessoires. Het feestelijkste accessoire op je trouwdag is uiteraard de ring. Maar goeie tweede is de bloem in de revers van het jasje. Bij mannen noemen we dat een boutonnière (het Franse woord voor knoopsgat); bij vrouwen een corsage. De bloem is bij een bruiloft rood of wit van kleur. Wit is het meest formeel, rood een tikkeltje spannender. Het is niet verboden om hiervan af te wijken (af en toe komt er weleens een blauwe korenbloem voorbij), maar een rode roos of witte anjer is in principe joviaal genoeg.