IK GA OP – EEN KORTE – REIS EN NEEM MEE
Uit onderzoek blijkt dat reizen heel nuttig is voor de mens. Reizen houdt je brein soepel, vergroot je relativeringsvermogen, haalt vooroordelen onderuit en het verhoogt je creativiteit. Reizende mensen leven gemiddeld ook langer. Maar wat te doen in deze tijden vol reisbeperkingen? Die geplande safari naar Tanzania zit er voorlopig niet in. Maar dat wil niet zeggen dat je daarom aan huis gebonden moet blijven. Trek met je oude passer van de middelbare school een cirkel van, pak ‘em beet, 400 kilometer rondom je woonplaats (vier uurtjes met de auto, iets meer dan drie met de trein), en je zult zien dat er een schat aan plekken overblijft om te bezoeken: Luik, Antwerpen (beeldenpark Middelheim!), Münster, Bonn (de Museumsmeile!), Nancy, afijn, genoeg om uit te kiezen.
Edoch, wat neem je als moderne man mee op zo’n citytrip? Omdat een man geen vrouw is, reist hij altijd zo licht mogelijk, dus één jasje is voldoende. Lekker licht, ongevoerd, het is tenslotte zomer. Zo gezegd, zo gedaan, zou je zeggen, maar helaas, het luistert iets nauwer. Je wil namelijk een jasje dat je tijdens de wandeling door de binnenstad kunt dragen, maar ook naar dat hippe nieuwe restaurant bij de oude haven. Wat te denken van een jasje van zomertweed? Stoer én stijlvol. En dan met opgenaaide patch pockets, niet met flap pockets – die maken je jasje te formeel. Vervang je portemonnee door een geldclip of, nog beter, door een cardholder. Het borstzakje op je jasje kun je gebruiken om een zonnebril te bewaren (met één pootje naar buiten, très dandy). Wil je toch per se meer spulletjes mee torsen in je jasje (sigaretten, autosleutel…), dan tref je het. Safari-jasjes zijn namelijk weer helemaal en vogue, en die hebben veelal meerdere zakken. Wel een cruciale tip: wat voor jasje je ook draagt, hang het te alle tijde op als je gaat zitten.
Zoals je maar één jasje nodig hebt, zo redt je het ook prima met één paar schoenen. Op een citytrip wordt veel gewandeld, dus kies je schoenen met een orthopedisch verstandige blik. Neem wel een extra broek mee. Het is zomer, dus je broeken zijn licht van kleur (beige chino, witte jeans) en de reizende man is vatbaar voor een vlekje. Draag je overigens een witte pantalon, hou het qua witte kleur dan bij dit ene kledingstuk. Ga niet ook nog witte schoenen en een witte jas dragen, tenzij je naar Wimbledon moet (wat vanuit Vlissingen 395 kilometer is, dus het past nog binnen de reisafstand)
Tot slot: of ik nu kort of lang van huis ga, ik vertrek nooit zonder iets leesbaars in de bagage – een boek, gewoon van papier. Wat is er fijner dan De Misantroop van Molière te lezen als je naar Parijs gaat? Hoe kom je beter in de stemming voor Londen dan door het lezen van Absolute Beginners van Colin MacInnes? Ik mag graag de leesstof afstemmen op de bestemming. Nu we voorlopig minder ver gaan reizen, zou ik echter adviseren om de literatuur juist van ver te halen. Uit onderzoek blijkt dat verre reizen je het meeste opleveren. Hoe groter de cultuurschok, hoe actiever je brein gaat opereren. Nu dat fysiek niet kan, moeten we het maar in onze verbeelding doen. We kúnnen niet naar Osaka vliegen, maar we kunnen wel Shogun van James Clavell lezen. Meer heeft een mens niet nodig. Maar zoals de Franse schrijver Stendhal, die overigens een prima roman over de Chartreuse van Parma (1.169 kilometer van Utrecht) op zijn naam heeft staan, al zei: ‘Alleen een grote geest durft een eenvoudige stijl te hebben.’
Arno Kantelberg is hoofdredacteur van Esquire.
Als stijlpastoor van Nederland gidst hij mannen door het mijnenveld van de goede smaak. Om de week schrijft hij voor OGER als gast-redacteur een stijlrubriek op The OGER Journal.